Sedum wordt vaak gebruikt als bodembedekker in de tuin. Het is een groenblijvende, makkelijke plant die het onder bijna alle omstandigheden goed doet. Je hebt er nauwelijks onderhoud aan en de plantjes groeien uit zichzelf door tot een mooi, dicht ‘tapijt’.
Er zijn diverse sedumsoorten die zich lenen als bodembedekker; met verschillende kleuren blad, bloemen en een variërende bloeitijd. Daarom kun je een fraai palet samenstellen voor in je tuin, of op je sedumdak! Zo zijn er sedumsoorten die lijken op peper, met vrolijke gele bloemetjes, zoals de Sedum Flor en de Sedum Kamtschaticum. Maar er is ook een sedumsoort met grijsachtig blad en paarse bloemen, de Sedum Cauticola, die een mooie paarse ‘deken’ vormen.
De aanleg van een mooi, dichte laag bodembedekking met sedum kan op verschillende manieren. Je kunt kleine plantjes kopen en deze poten. Het is echter waarschijnlijk makkelijker om gebruik te maken van sedumscheuten of -stekken. Bereid de bodem voor door deze om te spitten en oude wortels en/of planten te verwijderen. Is de grond erg kleiachtig, dan is het slim om wat zand en/of potgrond door de bovenlaag te harken. De scheuten schieten het snelst wortel in een losse bodem met veel zuurstof. Vervolgens strooi je de sedum stekken/scheuten over de grond en harkt ze voorzichtig in. Geef direct daarna water. Mocht het een droge periode zijn, dan nog tot twee weken dagelijks besproeien. De sedumplantjes doen de rest van het werk en na een periode van ongeveer een jaar is het geheel mooi dicht gegroeid.
Daarnaast is het ook mogelijk om gebruik te maken van sedum cassettes of tapijten. Daar heb je, direct na het leggen, optimaal resultaat mee.